en later overal
In een vorm die het midden
houdt tussen poëzie
en proza schakelt de auteur
voortdurend van 1648 naar
nu en voert ze de lezer mee
naar alle windstreken, waar
ze ‘Wondere wezens, wondere
werkelijkheid en wondere bewegingen’
waarneemt.
Beeldend beschrijft ze tijden en
plaatsen, mensen van verschillende
huidskleuren en diverse culturen,
en laat hen samensmelten in
de kleuren van de regenboog.
In haar inleiding schrijft de auteur:
‘Dat wij-toen is niet ons wij-nu. Maar wij-nu kunnen,
moeten, mogen iets helen van wij-toen. Wel licht.’
| 
In eigen beheer uitgegeven, vormgeving en ontwerp Herma Ardesch, Sunray Amsterdam. 2017
Informatie bij de auteur

|